Een verse salade met je eigen tomaatjes en komkommer of een heerlijke soep van de pompoen die je net uit de tuin hebt gehaald. Een moestuin hebben, het klinkt zo romantisch. Er komt veel bij kijken, maar moeilijk hoeft het niet te zijn. Een goede voorbereiding scheelt de helft, we helpen je graag op weg bij het verzorgen van jouw groentetuin.
Vanaf10,59
7,49
15,99
11,99
6,79
8,99
6,79
Leuk, een moestuin! Maar waarom zou je eigenlijk verse groenten uit eigen tuin willen hebben? Vroeger had iedereen een moestuin, maar tegenwoordig is dat wel anders… Met een moestuin heb je een groot deel van het jaar verse groenten bij de hand. Deze zitten vol met vitamines en mineralen. Eigen gekweekte groenten hebben ook altijd een stuk meer smaak. Groenten die je in de supermarkt koopt, worden namelijk al geoogst voordat ze rijp zijn. Vervolgens worden ze vaak voor een langere tijd in koelcellen bewaard. Hierdoor neemt de smaak van de groenten af.
Aan de slag in de moestuin? Leuk! Je hebt dan ook zaadjes nodig. Ieniemienie groenteplantjes in de dop laat je zo opgroeien in planten waar je u tegen zegt. Groentezaadjes zaai je vanaf ongeveer februari of maart binnenshuis voor. Zo hebben de plantjes genoeg tijd om groot te worden en is de kans groter dat je hetzelfde jaar al van ze kan eten. Plant de groenten pas uit in de tuin na ijsheiligen, anders overleven ze het waarschijnlijk niet. IJsheiligen valt zo rond half mei wanneer de nachtvorst voorbij is. Hoe en wanneer je wat precies plant of voorzaait staat ook altijd op de verpakking.
De moestuin, het is de topsporter onder de tuinen. Hij wordt intensief gebruikt en er wordt veel van verwacht… En net zoals iedere topsporter, heeft ook de moestuin een gebalanceerd dieet nodig. Groenten hebben een aantal voedingsstoffen nodig, dit zijn:
Bemest in het voorjaar als de groenten ontkiemen of als je deze als plantjes in de grond zet. Als ze gaan groeien hebben ze voeding nodig, het is dan gelijk beschikbaar. Moestuin-AZ strooi je opnieuw na ongeveer vier maanden, Moestuinmest na drie maanden.
Wanneer je in het voorjaar bemest, is de mest gelijk beschikbaar voor de planten. Hierdoor nemen ze het sneller op en spoelt er minder voeding uit. Bemest je in het najaar? Dan is het soms nodig om in het voorjaar bij te voeden om zo aan de wensen van je gewas te voldoen.
Bladgewassen
Bladgroenten, zoals sla en spinazie, zijn dankbare groenten. Ze houden van een stikstofrijke grond. Dit bevordert namelijk de groei van het blad en de stengels. En dat is nou precies wat je eet van bladgroenten. Voed ze met Moestuin-AZ of MoestuinMest, ze zullen daar gezond op groeien.
Eén keer aan het begin van de teelt en een tweede keer na drie maanden mocht je nog niet geoogst hebben. Er zijn daarbij moestuiniers die het fijn vinden om tijdens het moestuinseizoen nog wat extra's aan bladgewassen te geven in de vorm van Bloedmeel. Dit is een organische mest met een hoog stikstofgehalte.
Koolgewassen
Koolgewassen, zoals boerenkool en spruiten, zijn een vitaminebom om te eten. Natuurlijk wil je mooie, grote kolen kweken. Hiervoor hebben de planten wel extra voeding nodig aan het begin en halverwege het seizoen. De aarde moet vooral niet te zuur zijn. Voeg een beetje kalk toe aan de grond om zo te zorgen voor een minder zure grond. Ook hebben kolen, net zoals bladgroenten, genoeg stikstof nodig voor goede bladgroei. Houd het bemestingsadvies aan zoals bij de bladgewassen. De kool bepaalt zelf welke voedingsstoffen hij nodig heeft en uit de bodem haalt.
Peulgewassen
Peulgewassen, zoals erwten, bonen en peulen, vragen minder voeding. Zij voorzien zichzelf namelijk voor een groot deel van voeding. Samen met bepaalde bacteriën vormen de wortels stikstofknolletjes. Deze knolletjes voorzien de bodem van voedingsstoffen en dus ook zichzelf. Wel kun je de gewassen blij maken met wat extra compost.
Vruchtgewassen
Vruchtgewassen, zoals tomaat en courgette, hebben extra mest nodig om mooie vruchten te laten groeien. Hiervoor is het vaak heel handig om een vloeibare moestuin voeding te gebruiken. Zie je de eerste vruchten tevoorschijn komen? Dan kun je als extraatje eventueel wat Vinassekali geven voor een goede ontwikkeling van de vrucht.
Wortel- en knolgewassen
Wortel- en knolgewassen, zoals ui en rode biet, vragen niet om veel extra mest. Aan het begin en halverwege het kweekseizoen hebben de gewassen graag wat extra kalium en fosfor. Gebruik daarvoor Moestuin-AZ of MoestuinMest, daar zit alles in.
